Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft een voorgenomen subsidieregeling gemaakt om de uitstoot van stikstof, CO2 en fijnstof van bouwmateriaal te verkleinen.
Doelstellingen
De Subsidieregeling schoon en emissieloos bouwmaterieel (SSEB) heeft als doel om de uitstoot van stikstof, CO2 en fijnstof van bouwmateriaal te verkleinen. Specifiek beoogt de regeling een impuls te geven aan:
- De aanschaf van emissieloze bouwmachines voor bouwwerkzaamheden;
- De ombouw van zowel nieuwe als reeds in gebruik zijnde bouwmachines en zeegaande bouwvaartuigen door middel van NOx-reducerende maatregelen, namelijk SCR-katalysatoren of ombouw naar zero-emissie aandrijving;
- Haalbaarheid en experimentele ontwikkeling gericht op technologie-, innovatie- en kennisontwikkeling in de pre-commerciële fase of aanschaf in het kader van een experimentele ontwikkeling.
Deze drie beoogde doelstellingen vertalen zich in drie verschillende paden binnen de regeling.
Eerste twee paden: aanschaf en ombouw
We zullen de paden Aanschaf en Ombouw (ook wel ‘retrofit’) samen behandelen, gezien deze veelal van toepassing zijn op hetzelfde soort machines en voertuigen. De subsidies zijn aan te vragen voor machines en voertuigen volgens één van de volgende drie definities:
- Bouwmachines: Hieronder worden bouwwerktuigen gerekend in de vorm van mobiele machines, vervoerbare industriële uitrusting, of vaartuigen en voertuigen die niet bestemd zijn voor personen- of goederenvervoer.
- Machines met een hulpfunctie: Hieronder vallen machines die zijn gemonteerd op het chassis van een weg- of spoorvoertuig of een drijvend werktuig.
- Bouwvoertuigen: Hiermee wordt verwezen naar voertuigen met de in het kentekenregister vastgelegde voertuigkwalificatie N2 of N3 en met de carrosseriecode 9, 10, 15, 16, 26, 27 of 28 of de aanduiding voor speciale doeleinden SF.
Een complete lijst met in aanmerking komende voer- en vaartuigen voor zowel aanschaf als ombouw vindt u aan het einde van deze pagina. Daarbij is het belangrijk op te merken dat niet alle voer- en vaartuigen in aanmerking komen voor de retrofit met SCR. Dit is opgenomen in de lijst. Ook de meer technische details over de exacte eisen waar deze aan moeten voldoen om in aanmerking te komen voor de subsidie zijn beschikbaar.
Voorwaarden
Alhoewel het te ver gaat hier alle technische eisen te benoemen, geven wij een kort overzicht van de belangrijkste voorwaarden:
- Machines moeten bestemd zijn of in hoofdzaak gebruikt worden voor het verrichten van bouwwerkzaamheden in de open lucht.
- Elektrisch aangedreven machines moeten beschikkende over een continu elektrisch vermogen van 8 kilowatt of hoger.
- Het accupakket dat de energie levert voor de aandrijving van de bouwmachine mag geen lood bevatten.
- Het is een harde eis dat de voertuigen waarvoor subsidie wordt aangevraagd niet tenaamgesteld zijn ten tijde van de indiening van de aanvraag.
- De subsidie mag niet worden gestapeld met andere subsidies. Daarnaast wordt de MIA op het subsidiebedrag in mindering gebracht.
- Het voertuig dient max. 48 maanden na vaststelling van de subsidie in eigendom te zijn van de aanvrager, zonder overdracht aan derden, en wordt hoofdzakelijk gebruikt in de bouwsector in Nederland.
- Voor aanschaf is een koopovereenkomst noodzakelijk. Een offerte is dus niet voldoende. Koopovereenkomsten die zijn overeengekomen vanaf 1 januari 2022 kunnen met terugwerkende kracht onder de regeling worden gebracht.
Budgetten en subsidiepercentages
- Voor de categorie Aanschaf van bouwmachines en machines met een hulpfunctie is in 2022 een totaal budget van € 3.330.000 beschikbaar. Voor bouwvoertuigen is dat € 1.670.000.
- Voor de categorie Ombouw betreft het totale budget voor 2022 € 5.000.000.
- De subsidie bedraagt 40% van de meerkosten ten opzichte van een referentie-bouwmachine, met een max. van € 300.000 per machine. Per aanvrager kan max. € 1 miljoen worden aangevraagd.
- Het MKB ontvangt een ophoging van het subsidiepercentage met +10%.
- De beschikking wordt binnen 13 weken na aanvraag gegeven. De betaling volgt max. 8 maanden na toekenning van de subsidie.
Derde pad: Haalbaarheid en experimentele ontwikkeling
Het derde pad binnen deze regeling betreft haalbaarheidsonderzoek en experimentele ontwikkeling. Experimentele ontwikkelingsprojecten hebben als doel het versnellen van de ontwikkeling van emissieloze bouwmachines in de pre-commerciële fase of de uitrol hiervan. Ook kan onderzoek worden gedaan naar het gebruik van infrastructuur voor alternatieve energiedragers voor emissieloze bouwmachines of oplaadsystemen voor de accu’s van de machines.
Bij de haalbaarheidsonderzoeken gaat het om het achterhalen van de haalbaarheid van een dergelijke experimentele ontwikkeling, zoals hierboven beschreven.
Voorwaarden
- Zoals hierboven aangegeven, komt ook onderzoek naar alternatieve energiedragers in aanmerking. Het mag hier echter expliciet niet gaan om onderwerpen m.b.t. energieopwekking ten behoeve van het opladen.
- Experimentele ontwikkeling mag alleen betrekking hebben op bouwmachines zonder verbrandingsmotor die in hun energiebehoefte worden voorzien door elektriciteit, waterstof of niet-petrochemische waterstofdragers.
- De maximale looptijd van een haalbaarheidsstudie is 6 maanden.
- De maximale looptijd van een experimenteel ontwikkelingsproject is 2 jaar.
- Aanvragen kunnen ook gedaan worden door een samenwerkingsverband. Hier mag maximaal één onderzoeksorganisatie bij betrokken zijn.
Budgetten en subsidiepercentages
- Voor de categorie Haalbaarheidsstudies is in 2022 een totaal budget van € 1.000.000 beschikbaar. Voor Experimentele ontwikkeling is er sprake van 2 rondes met een budget van € 4.000.000 voor de eerste ronde in het voorjaar; en € 5.000.000 voor de tweede ronde in het najaar.
- Het subsidiepercentage voor haalbaarheidsstudies is 50% van de in aanmerking komende projectkosten. Voor experimentele ontwikkeling geldt een subsidiepercentage van 25%.
- De maximaal aan te vragen subsidie voor een haalbaarheidstraject is € 50.000. Voor experimentele ontwikkeling is dat € 1.000.000.
- Het MKB ontvangt een ophoging van het subsidiepercentage met +10%.
- Voor uitzonderlijke prestaties op het gebied van kennisverspreiding en disseminatie van de onderzoeksresultaten en een consortium met ten minste 1 MKB waarbij niet meer dan 70% van de kosten bij één partij vallen, kan onder sommige omstandigheden het subsidiepercentage verder worden opgehoogd met +15%.
- Subsidiabele kosten zijn:
- Loonkosten
- Vaste opslag voor indirecte kosten (50% van de loonkosten)
- Gebruik van apparatuur en de kosten van verbruikte materialen en hulpmiddelen
- Kosten derden
Beoordelingscriteria
Voor haalbaarheidsstudies en experimentele ontwikkeling gelden de volgend beoordelingscriteria:
- Onderwerp: technische ontwikkeling & praktijkervaring
- Impact: NOx-reductie, vervolgpotentieel & kennisoverdracht
- Kwaliteit voorstel: doelstellingen, snelle implementatie, project management, kosteneffectiviteit & samenwerking
Jaar- en eindrapportage
Aan het eind van het projectjaar en bij afloop van het project moet de subsidienemer een rapportage aanleveren waarin wordt aangegeven in welke mate de technologische en organisatorische belemmeringen zijn opgelost. Ook moet worden gerapporteerd in hoeverre wet- en regelgeving als belemmerend is ervaren; en wat de invloed van het project is geweest op energieverbruik, emissies, kostprijs en toepasbaarheid van de innovatieve techniek ten opzichte van bestaande alternatieven.
Deadline
- De paden aanschaf en ombouw, en tevens het onderdeel Haalbaarheid, openen op 9 mei.
- Aanvragen worden beoordeeld op basis van het first come, first serve principe. Het is dus raadzaam op deze datum in te dienen.
- Voor Experimentele ontwikkeling opent de regeling op 31 mei, met een deadline van 31 augustus 2022.
Een complete lijst met in aanmerking komende voer- en vaartuigen voor zowel aanschaf als ombouw.
A | Bouwwerktuigen | Aanschaf en retrofit emissieloos | Retrofit SCR |
---|---|---|---|
Mobiele machines | |||
A1.1 | asfalt-/betonzagen (rijdend) | J | J |
A1.2 | asfaltspreidmachine / asfaltwerkmachine | J | J |
A1.3 | asfaltvoorlader | J | J |
A1.4 | ballastafwerkmachine | J | J |
A1.5 | bestratingsmachine (zelfrijdend) | J | J |
A1.6 | betonmachine/paver | J | J |
A1.7 | betonpomp (stand-alone) | J | J |
A1.8 | bodemstabiliseerder | J | J |
A1.9 | bulldozer | J | J |
A1.10 | emulsiespuitwagen | J | J |
A1.11 | freesmachine voor asfalt of beton | J | J |
A1.12 | sondeertruck | J | J |
A1.13 | sondeerrups | J | J |
A1.14 | boorrups | J | J |
A1.15 | gietasfaltketel | J | J |
A1.16 | graaflaadcombinatie | J | J |
A1.17 | grader/wegschaaf | J | J |
A1.18 | heimachine/funderingsmachine (gemotoriseerd materieel) | J | J |
A1.19 | hoogwerker (zelfrijdend of getrokken) | J | N |
A1.20 | kabeltreklier | J | J |
A1.21 | mobiele boorinstallatie | J | J |
A1.22 | mobiele compressor | J | J |
A1.23 | mobiele graafmachine (niet zijnde 'overslagmachine') | J | J |
A1.24 | mobiele kraan (telescoopkraan, torenkraan, rupshijskraan, ruwterreinkraan, draadkraan, minihijskraan) | J | J |
A1.25 | mobiele lopende band (transportband) | J | J |
A1.26 | mobiele puinbreekinstallatie | J | J |
A1.27 | mobiele zeefinstallatie | J | J |
A1.28 | mobiele overslagmachine, rupsoverslagmachine, overslagkraan (niet zijnde statisch en bekabeld elektrisch) | J | N |
A1.29 | rupsdumper | J | J |
A1.30 | rupsgraafmachine | J | J |
A1.31 | ruw terrein heftruck | J | J |
A1.32 | schranklader | J | J |
A1.33 | shovel, laadschop, wiellader op banden of rups | J | J |
A1.34 | shuttle buggy | J | J |
A1.35 | sleepgraver/dragline | J | J |
A1.36 | sloopkraan | J | J |
A1.37 | teer-/asfaltsproeier | J | J |
A1.38 | tractor | J | J |
A1.39 | veegmachine | J | J |
A1.40 | verreiker (star of roterend) | J | J |
A1.41 | vlindermachine | J | J |
A1.42 | wals (klein, knik-, rol-, banden-, grond-) | J | J |
A1.43 | waterwagen bij asfalt en frees | J | J |
A1.44 | (weg)markeringsmachine | J | J |
A1.45 | wieldumper | J | J |
Vervoerbare industriële uitrustingen | |||
A2.1 | aggregaat met verbrandingsmotor voor off-grid stroomvoorziening vanaf 560 kW | N | J |
A2.2 | aggregaat op wind- of zonne-energie voor off-grid stroomvoorziening | J | N |
A2.3 | aggregaat voor off-grid stroomvoorziening aangedreven door waterstof of waterstofdragers | J | N |
A2.4 | hydraulisch aggregaat | J | J |
A2.5 | lasaggregaat | J | N |
A2.6 | lichtmastaggregaat/lichtmast (zelf aangedreven) | J | N |
A2.7 | mobiel batterijpakket voor off-grid stroomvoorziening vanaf 50 kWh | J | N |
A2.8 | trilplaat/stamper | J | N |
A2.9 | mobiele (vuil-)waterpomp | J | N |
A2.10 | pompen voor baggeren (DOP-pomp, jetpomp, booster-baggerstation) | J | N |
Spoorvoertuigen en drijvende werktuigen | |||
A3.1 | Afbrandstuiklasmachine (stomplasmachine) | J | J |
A3.2 | ballastreinigingsmachine (hormachine / kettinghor) | J | J |
A3.3 | freestrein | J | J |
A3.4 | hefbordeswagen | J | J |
A3.5 | inspectietrein | J | J |
A3.6 | krol (kraan op lorries), spoorkraan | J | J |
A3.7 | meettrein (meetgereedschap specifiek voor op het spoor) | J | J |
A3.8 | schuifboot | J | J |
A3.9 | slijptrein | J | J |
A3.10 | stopmachine | J | J |
A3.11 | vernieuwingstrein / ombouwtrein | J | J |
A3.12 | voorziening om elektrisch railvoertuig onafhankelijk van bovenleiding te laten rijden | J | N |
A3.13 | werkvlet | J | J |
A3.14 | zuigboot | J | J |
B | Hulpfuncties (uitsluitend SSEB aanschaf) |
---|---|
B1 | elektrische aandrijfmotor met een brandstofcel of een niet loodhoudend accupakket voor aandrijving van de opbouw van een voertuig, oplegger of spoorvoertuig, zijnde een: |
B1.1 | autolaadkraan |
B1.2 | betonmixer |
B1.3 | betonpomp |
B1.4 | binnenlader |
B1.5 | boor |
B1.6 | front-end cilinder |
B1.7 | haakarm |
B1.8 | kabelsysteem |
B1.9 | kettingsysteem |
B1.10 | onderwaartse cilinder |
B1.11 | portaalarmsysteem |
B2 | meeneemheftruck/kooiaap |
B3 | electrische aandrijfmotor met een brandstofcel of een niet loodhoudend accupakket voor aandrijving van hulpfunctie op een vaartuig, niet de voortstuwing, zijnde een: |
B3.1 | grondpers |
B3.2 | hei-installatie op een heischip |
B3.3 | kraan |
C | Bouwvoertuigen (N2/N3, uitsluitend SSEB aanschaf) |
---|---|
C1 | betonmixer (carrosseriecode 15) |
C2 | betonpompvoertuig (carrosseriecode 16) |
C3 | boorwagen (carrosseriecode 28) |
C4 | hoogwerker (carrosseriecode 27) |
C5 | kieptruck (carrosseriecode 10) |
C6 | kraanwagen (carrosseriecode 26 of aanduiding SF) |
C7 | voertuig met haakarm (carrosseriecode 9) |
D | Zeegaande bouwvaartuigen (uitsluitend SSEB Retrofit, bij ombouw met een SCR-katalysator) |
---|---|
D1 | ankerbehandelingssleepboten |
D2 | multifunctionele sleepboot |
D3 | duwboot |
D4 | pushbuster |
D5 | half-afzinkbare duwbakken/pontons |
D6 | kabellegger/pijpbegravingschip |
D7 | kraanschip |
D8 | multifunctioneel werkschip/multicat |
D9 | offshore/zeegaande installatieschepen |
D10 | projectladingschip/zwareladingschip |
D11 | schepen voor bouwondersteuning, bevoorrading, special purpose |
D12 | (sleep)hopperzuiger |
D13 | snijkopzuiger |
D14 | waterinjectiebaggervaartuig |
D15 | splijthopper |
D16 | lepelkraanbaggerpontons |
D17 | steenstortschip/valpijpschip |
Volg ons op LinkedIn!