NWO-debat financieringsstelsel van de toekomst: “Het is een beetje chaotisch begonnen”

Debat NWO over toekomst van onderzoeksfinanciering

De bioscoopachtige zaal in het Nieuwe Universiteitsgebouw van de VU Amsterdam was goed gevuld, klaar voor het NWO-debat over de toekomst van onderzoeksfinanciering. Een korte rondvraag leerde dat vooral beleidsmedewerkers en onderzoeksondersteuners, aangevuld met een handjevol onderzoekers en ondernemers, aanwezig waren. Het panel, bestaande uit NWO-voorzitter Marcel Levi, TU Eindhoven professor Heleen de Coninck, KNAW Jonge Akademie vice-voorzitter Thijs Bol en Rathenau-directrice Eefje Cuppen, gaf een goede representatie voor het behandelen van dit diverse onderwerp.

25% slagingspercentage

Levi werd direct voor het blok gezet: wat vindt hij het leukste en het minst leuke aan de Nederlandse wetenschapsfinanciering? “Het leukste is dat investeringen in de wetenschap zich meestal flink terugbetalen, minder leuk is dat we wellicht te ambitieus zijn. We willen graag de beste kwaliteit aanvragen honoreren en streven daarbij naar een slagingspercentage van 25%, maar het is een uitdaging om dit te behalen.” In hun nieuwe strategie zoekt NWO dan ook merkbaar naar manieren om de aanvraagdruk te verminderen.

Wat daarbij helpt zijn de extra gelden die door minister Dijkgraaf beschikbaar zijn gesteld om de werkdruk te verlagen door o.a. vaste posities te creëren. Volgens Cuppen zijn deze gelden erg welkom, maar is het voor universiteiten nog zoeken hoe deze precies in te zetten. Het Rathenau is van plan hier onderzoek naar te gaan doen. Bol beaamt deze gang van zaken: “Tot nu toe is er vooral extra werkdruk, maar dat is hopelijk tijdelijk.” “Het is inderdaad een beetje chaotisch begonnen met de startersbeurzen” vervolgt Levi, “ook over in hoeverre deze gecombineerd mogen gaan worden met het Talentprogramma is nog geen consensus, maar voorlopig blijft dit gewoon mogelijk”.

De toekomst van onderzoeksfinanciering

Terug naar de toekomstvisie, die interactief met het publiek werd besproken. Er bleken veel verschillende ideeën: is impact echt van belang voor elke NWO-aanvraag, hoe leggen we het beste verbinding tussen verschillende financieringslijnen en financieren we niet teveel promotieplekken ten koste van senior posities? Er is duidelijk nog veel te doen, maar de consensus is er: NWO moet verschillende soorten onderzoek blijven ondersteunen en het aanvraagproces versimpelen. Daarbij is maatwerk van belang: waar ongebonden onderzoek niet te veel moet worden afgerekend op impact, is dat bij toepassingsgericht onderzoek juist heel belangrijk. Klimaatonderzoekster De Coninck: “Je kan wel kleine dingetjes blijven uitzoeken, maar soms moet je ook gewoon echt wat aan het probleem gaan doen!”

 

Heb jij als wetenschapper moeite met het veranderende subsidielandschap? Heb je behoefte om eens te sparren wat de beste richting voor jouw onderzoek is? Bij Evers + Manders hebben wij hier brede ervaring mee en staan graag voor je klaar om te helpen.

 

Volgt u ons al op LinkedIn? 

 

Dit artikel delen via: LinkedIn